Haastige spoed...
Wie in België boodschappen gaat doen, zal merken dat de gang van zaken daar volstrekt anders is dan in Nederland. Heb je, in de rij bij Appie, nauwelijks de tijd om je boodschappen op de lopende band te leggen en moet je stevig aanpoten om de boel na de gang over de scanner weer van de band af te krijgen, bij de Belgische Delhaize of Carrefour heb je voor deze handelingen alle tijd. Ook de caissière neemt haar tijd om af te rekenen. Boodschappen doen is in België dus een activiteit die behoorlijk wat tijd in beslag neemt.
Ook het bezoek aan, bijvoorbeeld, de huisarts is een geheel andere ervaring dan hier. Voor een consultatie, zoals dat in België heet, kun je gerust minimaal tien minuten van de dokter's tijd nemen, maar zelfs een half uur is tijdens het inloopspreekuur geen uitzondering. Daar hoef je in Nederland niet op te rekenen, daar word je in beginsel na vijf minuten toch wel geacht de spreekkamer te hebben verlaten. De arts zelf is ook meestal enigszins gehaast bezig; en dat is in België anders.
Laatst moest ik een wortelkanaalbehandeling ondergaan, en dat verliep zo gehaast dat ik bang was dat de tandarts in zijn haast dwars door mijn tand heen zou boren. Mijn Belgische tandarts nam alle tijd en je kon aan alles merken dat hij zijn taak zeer serieus nam en dit als een precisieklus beschouwde. Bij vrijwel alle behandelingen hoorden we hem op zeker ogenblik aankondigen: “Dit is een kritiek moment!”, en dan wist je dat je absoluut niet moest bewegen, anders was je de klos. Het resultaat was altijd uitstekend; hij liet je ook altijd zien wat de situatie vlak voor de behandeling was, en hoe je gebit er nu uitzag.
In andere situaties zijn de Belgen veel sneller dan de Nederlanders. Als je, bijvoorbeeld, met een recept van een arts bij de apotheek komt, moet die dit eerst lezen, herlezen, controleren, de medicamenten erbij zoeken, nogmaals controleren, van een sticker voorzien met jouw naam en geboortedatum erop, door wie het recept is voorgeschreven en wat de dosering is, en tot slot nog allerlei eventuele waarschuwingen. Een serie handelingen die op z'n minst tegen de tien minuten in beslag neemt. In België gaat dat een stuk sneller: je komt er met je voorschriftje (een recept is uitsluitend iets wat je in de keuken gebruikt), de persoon die je helpt zoekt je medicijnen op en schrijft er met de balpen op hoe vaak je de rommel in moet nemen, en binnen twee minuten ben je klaar. Die informatie op de sticker is uiteindelijk ook volstrekt overbodig in een gewone gezinssituatie. Je weet zelf best voor wie de medicamenten zijn en op wiens voorschrift ze zijn verstrekt.
Al met al was ik wel benieuwd hoe het nu zit met de arbeidsproductiviteit, of er verschil zit tussen de Belgen en de Nederlanders, en of het gehaaste gedrag van de Nederlanders ook daadwerkelijk leidt tot een hogere arbeidsproductiviteit. Dit blijkt niet het geval. De arbeidsproductiviteit per uur is in Nederland net zo hoog als in België Wel doen beide landen het binnen Europa redelijk goed, alleen Luxemburg en Noorwegen hebben een hogere productiviteit per uur.
Kijk je naar de arbeidsproductiviteit per persoon, dan scoren de Luxemburgers en de Noren nog steeds het hoogst, maar zie je wel dat de Belgen daar aanmerkelijk beter scoren dan de Nederlanders. Dat heeft vooral te maken met het feit dat Nederlanders relatief vaak in deeltijd werken, en gemiddeld meer verlofdagen hebben dan in andere landen.
Voor beide scores is overigens opvallend dat die evenredig lijken te zijn aan de mate van ontwikkeling van de landen; vooral de Oost-Europese landen liggen qua productiviteit laag, zowel per uur als per persoon, en ook de zuidelijke landen scoren matig.
Oorzaken voor de hoge scores van Luxemburg zouden kunnen zijn dat er, met weinig arbeidsinzet veel geld wordt verdiend met goedkope brandstoffen en de bankactiviteiten aldaar. Voor Noorwegen geldt dat er gas en olie wordt gewonnen, waarvoor ook relatief weinig arbeid nodig is.
Voor de lage scores van de voormalige oostbloklanden zou de oorzaak wellicht gezocht moeten worden in de gebrekkige IT-mogelijkheden, de bureaucratie en in de slechte infrastructuur.
Het doet je al met al wel anders kijken naar de verschillen in de beloning van die landen. Zou je de beloning gelijktrekken met de rest van Europa, dan zou dat tot een enorme prijsstijging van de producten leiden en dus tot een verslechtering van de economische positie van de landen. Er is nog heel veel te doen aan de eenwording in Europa!
Door Myra Ronner, 20 december 2010
Reageer op dit artikel!